Tegenslagen

Leegstand, financiering, ziekte
tegenslag op tegenslag
En als je dan denkt
ik heb ze allemaal gehad
dan verrassen ze je nog een keer

18 juni 2025

Na een half jaar hadden we eindelijk onze eerste match. Twee kinderen werden aan onze zorg toevertrouwd. Vol goede moed begonnen we ons avontuur als gezinshuisouders. Maar al snel kwamen de tegenslagen. SKJ veranderde haar werkwijze waardoor een registratie voor ons voorlopig niet mogelijk is; opleidingen bieden onvoldoende maatwerk; na 7 maanden stroomde een kind uit, maar zonder SKJ registratie weigeren gemeentes bij een goede match de plaats te betalen, de lege plek kon nu dus heel moeilijk worden opgevuld. De ene tegenslag was nog niet voorbij, of de volgende kwam alweer. Laten we eerlijk zijn: iedereen kent deze opeenstapeling van tegenslagen. En dan zakt bij veel mensen óf de moed je in de schoenen, óf ga je heel hard aan de slag om dingen op te lossen. Vaak schiet het tussen deze beiden heen en weer. Maar God laat ons met tal van voorbeelden in de Bijbel iets anders zien. Zo ook bij Simson.

Daarop kwamen drieduizend man uit Juda naar de kloof van de rots Etam en zij zeiden tegen Simson: Wist u niet dat de Filistijnen over ons heersen? Waarom hebt u ons dit dan aangedaan? Maar hij zei tegen hen: Zoals zij bij mij gedaan hebben, zo heb ik bij hen gedaan. En zij zeiden tegen hem: Wij zijn gekomen om u te binden en over te leveren in de hand van de Filistijnen. En Simson zei tegen hen: Zweer mij dat ú mij niet zult doodsteken. Daarop zeiden zij tegen hem: Nee, wij zullen u namelijk alleen binden en u in hun hand overleveren. Doden zullen wij u echter zeker niet. En zij bonden hem vast met twee nieuwe touwen en voerden hem mee van de rots. Toen hij bij Lechi kwam, kwamen de Filistijnen hem juichend tegemoet. Maar de Geest van de HEERE werd vaardig over hem, en de touwen die om zijn armen zaten, werden als vlas dat door het vuur verbrand is. En zijn boeien vielen zomaar van zijn handen.15:14 vielen zomaar van zijn handen – Letterlijk: smolten weg van op zijn handen. En hij vond een verse ezelskaak. Hij stak zijn hand uit, nam die en sloeg er duizend man mee dood. Toen zei Simson: Met een ezelskaak heb ik één hoop, twee hopen, met een ezelskaak heb ik duizend man doodgeslagen. En het gebeurde, zodra hij uitgesproken was, dat hij de kaak uit zijn hand wierp; en hij noemde die plaats Ramath-Lechi. Maar toen hij hevig dorst kreeg, riep hij tot de HEERE en zei: Ú hebt door de hand van Uw dienaar deze grote verlossing gegeven. Zou ik dan nu van dorst sterven en in de hand van deze onbesnedenen vallen? Toen kloofde God de holte die er in Lechi is, en er kwam water uit. Hij dronk en daarop kwam zijn geest weer terug en leefde hij op. Daarom gaf hij hem de naam Bron van de roepende, die tot op deze dag in Lechi is. En hij gaf leiding aan Israël in de dagen van de Filistijnen, twintig jaar lang. (Richteren 15:9-20)

We lezen hier maar een klein stukje van het verhaal van Simson. Eerder lezen we dat de Filistijnen heersen over het land waar hij woont; dat zijn vrouw hem verraadt tegenover de vijand; dat zijn vrouw wordt weggegeven aan een andere man; dat hij wordt verraden en dat hij wordt overgeleverd door zijn landgenoten. Al deze keren wordt de situatie opgelost wanneer “De Geest van de HEERE vaardig werd over Simson”. In bovenstaand stukje tekst slaat Simson door die Geest van de HEERE 1000 man dood met een ezelskaak. Achteraf spreekt hij er trots over. Maar dan krijgt hij hevige dorst. Een flinke tegenslag in die tijd op die plek. Want de zon brandt hard. En dus verootmoedigt Simson zich. Niet ík, maar Ú!

Het is zo herkenbaar. Door tegenslagen voelen we ons moedeloos en gaan we hard aan de slag. En als we de tegenslag hebben overwonnen, dan zijn we trots op wat we zelf hebben gedaan. We vergeten dat “de Geest van de HEERE vaardig over ons moet worden”, dat het God is Die de kracht én de oplossing geeft. Als we dorst hebben, dan geeft God het Levend Water; alleen daar moeten en mogen wij het van verwachten.

Dit betekent niet dat alles per direct is opgelost. Simson wordt de leider van Israël, maar er volgen nog meer tegenslagen. Simson wordt opgesloten in Gaza; Delila verraadt hem aan de Filistijnen; hij wordt gevanggenomen en zijn ogen worden uitgestoken; tot slot wordt hij bespot. Maar dan lezen we in Richteren 16:28-29:

“Toen riep Simson tot de HEERE en zei: Heere, HEERE! Denk toch aan mij en maak mij toch alleen nog deze keer sterk, o God, zodat ik me met één slag op de Filistijnen kan wreken voor mijn twee ogen. En Simson greep de twee middelste pilaren, waarop het huis gevestigd was en waarop dat steunde: de ene met zijn rechterhand en de andere met zijn linkerhand.”

Simson richt zich nog éénmaal tot God en zonder aarzelen pakt hij de pilaren. Wat een vertrouwen op God! Als de kracht van God in je is, ben je tot uitzonderlijke dingen in staat. Niet voor niks lezen we in de Bijbel nog één keer over Simson: in Hebreeën 11:32 verschijnt Simson in het lijstje met geloofsgetuigen.

Gezegend is hij die op God vertrouwt en alle kracht alleen van Hem verwacht!

Scroll naar boven